LEGO… Je kent het wel, die kleine plastic blokjes waarbij je gigantisch veel mogelijkheden hebt om te bouwen. Laat ons eerlijk zijn, het is zeer uitnodigend materiaal voor kinderen. In de toekomst zal dit niet anders zijn want LEGO is nog steeds niet aan het einde van zijn carrière en dit bewijzen ze met ‘LEGO WeDo’.
Het is een leuk initiatief om je kinderen te laten proeven van het programmeren (in een vereenvoudigde vorm natuurlijk).
Maar wat is LEGO WeDo?
Voor ik daar dieper op in ga, wil ik het eerst visueel voorstellen met dit filmpje:
LEGO We Do is een constructiedoos dat bouwblokjes, een motor, bewegingssensoren, kantelsensoren en een USB-hub bevat. Er is ook software beschikbaar met 12 figuurtjes (bv.een aap, een doelman, een krokodil,…). De leerlingen volgen een eenvoudig en duidelijk stappenplan waarmee ze een leuke creatie kunnen bouwen. Het stappenplan toont duidelijk de plaats van elk blokje of sensor. In de doos zit ook een handleiding voor de leerkracht en opdrachtenkaartjes.
Nadien kunnen ze hun gemaakte model programmeren via de computer. Je kan de bewegingen veranderen en er geluid bijvoegen. De leerlingen stellen zelf commando’s in, door de gewenste commando’s naar het werkveld te slepen. Wanneer men op ‘play’ drukt, doen de sensoren wat jij hebt geprogrammeerd omdat de USB-hub (dat aangesloten is met je pc) dit automatisch doorstuurt naar het model. Bewegingssensoren zorgen dat het model kan bewegen en de kantelsensoren zorgen voor de positie (links, rechts, omhoog en omlaag).
Voor wie?
Eigenlijk is LEGO WeDo bedoeld voor leerlingen vanaf het eerste tot en met het derde leerjaar. Het eerste leerjaar vind ik persoonlijk te jong voor dit. Voor het tweede kan dit mits begeleiding en vanaf het derde zelfstandig. Naar mijn mening is dit voor de hogere leerjaren ook perfect mogelijk omdat zij zelf een figuurtje kunnen ontwerpen. Ze kunnen experimenteren door eigen modellen te bouwen (zonder stappenplan) en zelf de programmeerfuncties uit te testen. Zo kunnen ze bijvoorbeeld ontdekken welke sensoren ze nodig hebben om hun model te laten bewegen of wat er zal gebeuren indien ze een tandwiel anders plaatsen (bv. even groot of ene groter dan de andere). Ook kan men deze tool gebruiken voor het uitleggen van technische principes zoals de werking van hefbomen, tandwielen,… Het is dus mogelijk om op school een leerlijn op te stellen.
Voor en nadelen + mogelijkheden:
Het voordeel is dat de meeste leerlingen deze blokjes al kennen en dus weten hoe ze deze moeten hanteren. Daardoor kunnen ze sneller aan de slag met hun (eerste) kennismaking rondom programmeren. Je denkt misschien “oei is programmeren niet te moeilijk voor jonge kinderen?”. Door hun motivatie zijn ze er gewoon sneller mee weg. Deze tool bevat ook basic knoppen en de stappen zijn heel erg gestructureerd, wat het eenvoudiger maakt.
Enkele pictogrammen uit de tool:
Het is meer dan alleen leuke figuurtjes bouwen en programmeren! Ik vind dat dit project zeer goed is voor het bevorderen van samenwerking, creativiteit en probleemoplossend denken. Doordat ze per 2 gaan werken, overleggen ze met elkaar en delen ze hun inzichten. Ze leren ook erg nauwkeurig werken (juiste blokje op de juiste plaats) want anders zal het figuurtje niet de gewenste resultaten geven.
Het enige nadeel is dat een starterspakket ongeveer 150 euro kost. Voor de school is het niet mogelijk om dit voor een hele klas te voorzien. Toch zie ik hier wel mogelijkheden om dit uit te voeren in de klas. Men kan bijvoorbeeld 2 pakketten voor de hele school aankopen. Dit kan men na een kennismaking gebruiken in hoekenwerk. De kinderen kunnen per 2 aan de slag. Zo’n pakket kan natuurlijk aangevuld worden met klassieke blokjes of er kan geïnvesteerd worden in extra motoren en sensoren. Op die manier hoeven de leerlingen uit hogere leerjaren zich niet beperken tot de standaard figuurtjes. Het grote gevaar is dat er kleine stukjes zoek raken en als de set niet compleet blijft kan het gewenste stappenplan dus niet meer gebouwd worden, vandaar dat de extra blokjes dus goed van pas komen.
Een andere mogelijkheid is om een uitstap te maken naar het Fyxxilab. Daar kunnen de leerlingen deze tool na een instructie zelfstandig uittesten en hoeft de school weinig te investeren.
Verschillende leergebieden
In de leerplannen komt het stappenplan, het in elkaar zetten en uit elkaar halen van een constructie alsook de functie van de motor en tandwielen aan bod. Maar vooral het probleemoplossend denken wordt gestimuleerd (de leerling probeert iets, indien het niet lukt, moet hij/zij bijsturen).
LEGO WeDo past vooral bij het leergebied techniek. Maar in het filmpje werd al kort geschetst dat LEGO WeDo vakoverschrijdend is. Deze vakken komen zeker aan bod: ICT, wetenschap, wiskunde, taal,… Op de volgende site staan leerdoelen, interessante lesideeën en concrete voorbeelden.
Dit is het figuurtje dat Marjolein en ik hebben geprogrammeerd in het Fyxxilab. Nadien werden de bewegingen van de armen aangepast.
jufshana 